
Wees, Ik Was #alzheimer
Normaal wil ik niet klagen, of anderen tot last zijn met mijn dingen, maar nu kan ik niet anders naar mijn gevoel. Wie het niet weten wil kan dan nu ook beter stoppen met lezen. Ik wil me uiten, ik moet me uiten. Liever zo dan in het echt, want dat vind ik dan weer too much. Zo is het gewoon gemakkelijker voor me.
Ja natuurlijk gaat het over mijn moeder. Mijn moeder, met wie ik vroeger absoluut geen moeder-dochterband had. Later werd het beter, al was het wel zo dat het naar haar wil moest gaan. Daar heb ik me uiteindelijk bij neergelegd, veranderen kon ik het toch niet. Dat gedaan hebbende kreeg ik wel mijn gewenste moeder/dochterband. Dat mijn moeder bij me bleef logeren in Zoetermeer en we een Bridget Jones-avond hielden. Dat laatste is wrang met nu. Deel 3 van Bridget Jones draait in de bioscoop, maar het is geen optie om haar mee te nemen. Die film met iemand anders nu in de bioscoop kijken is dat ook niet. Ik wil het niet.
Nee de Alzheimer hakt erin bij mama. Het gaat niet goed. Ja ik weet dat ik het los moet laten, mijn leven gaat door. Natuurlijk, dat is zo, maar ik heb er moeite mee. Dat loslaten wordt figuurlijk bedoeld, maar het zou me niets verbazen als het vlotter, dan ik wil, letterlijk zo is. Dit is raar, dit is dubbel. Ik wil mama niet missen. Toch, zoals ze nu is…. Ik weet dat ze dit zelf niet gewild zou hebben. Daar hebben we het vroeger wel over gehad. Toch heeft ze niets op papier laten zetten.
Vroeger was ze een zeer verzorgd type. Dure smaak qua kleding, 1x in de 6 weken naar de kapper, 1 keer in de maand naar de schoonheidsspecialiste, altijd keurig opgemaakt, sieraden en verzorgde mega-nagels. Daar is amper iets van over. Alleen de kleding, haar haar wordt nog steeds gedaan en ook geverfd. Deze dingen heeft mijn broer geregeld. Ze draagt ook nog sieraden. Maar verder is ze zo waar een schim van zichzelf. Dat doet pijn.
Naar de Hema gaan voor de karamel cappuccino deden we graag, maar zoals ze vrijdag was, dat gaat niet. Ze heeft een blaasontsteking en dit slaat behoorlijk hard bij haar aan. Ik hoop dat ze snel de juiste medicijnen krijgt en dat die aanslaan, maar hoe komt ze eruit?
Ik bel dagelijks, maar sinds vrijdag is de twijfel keihard toegeslagen. Moet ik dit wel volhouden? Is dit niet egoïstisch van mij? De laatste tijd merkte ik al dat ze nog slechter uit haar woorden komt en dat ze afwezig is aan de telefoon. Het lijkt erop dat toch ‘de gesprekken met Tos’ haar meer plezier geven. Dat doe ik dan. Gewoon om haar even te horen lachen, want iedere lach is toch het grootste geschenk wat ze me nu kan geven en aan de telefoon helemaal.
Ik heb het besproken en aan de begeleiding door gegeven dat zij het bekijken hoe mama is als ik bel. Mijn gevoel bleek wel te kloppen. De begeleidster zei dat haar eerder was opgevallen dat ze wel lang aan de telefoon zat, ze had de telefoon nog bij het oor. De begeleidster pakte de telefoon, luisterde en hoorde niets. Misschien reageer ik over-emotioneel, maar stel je je eigen ouder eens zo voor, dat is toch triest? Nog erger, denk er eens aan als jij dat later zou zijn. Wil je dat? Nee toch? En zo wilde zij ook nooit, maar ze heeft dus geen actie ondernomen om dit te bespreken bij de huisarts. Niet gek natuurlijk. In eerste instantie denk je vaak dat het jou niet zal gebeuren en ten tweede, niemand wil uiteindelijk dood. Zo zal zij ook gedacht hebben. Daarvoor ken ik haar goed genoeg.
En dan wat het meeste pijn deed. Papa overleed bijna 5 jaar terug aan kanker. Als mama nu overlijd ben ik dus wees. Eerlijk gezegd, door de Alzheimer van mama ben ik dat nu deels al. Zo voelt het. En het voelt zo alsof niemand me begrijpt. Het is namelijk nog niet zo, dus hoe kan ik dat nu vinden?
Wellicht zul je zeggen dat ik daar nog niet aan moet denken. Nou dat doe ik ook niet uit vrije wil kan ik melden! Dat komt spontaan bij me op, want ik ben mens. Het is nogal iets vind ik zelf. Natuurlijk, volgens de natuur gaan de ouders eerst, dat begrijp ik. Dat begrijp ik heel goed! Alleen als het zo ver is, sluit ik straks wel meer dingen af. Het contact met mijn broer bijvoorbeeld. Dat is nooit echt goed geweest en de laatste 5 jaar al helemaal niet. Dan wil ik dat ook afsluiten, dat is voor mij beter. Daarbij, ik zal ook aanzienlijk minder naar Friesland gaan. Natuurlijk heb ik er familie en vrienden, maar ik zal niet 1x per maand een rondje gaan maken, dat doe ik nu ook niet. Voor nu, ik ga voor mama. Ga ik op 1 dag heen en weer en dan is echt al mijn aandacht voor mama. Logisch ook.
Het is toch gek om te bedenken dat als papa en mama er straks beide niet meer zijn, ik de eerste in lijn ben. Nu realiseer ik me dat ik ze echt geen vragen meer kan stellen, een luisterend oor heb, raad krijg van ze etc. Was ik een lastige puber geweest en met beide mijn band toen niet goed, zoiets is verleden tijd. Het leven gaat door. Later werd het wel goed, ik vertelde de meest vertrouwelijke dingen alleen aan mijn ouders en verder aan niemand. Bij hen was het veilig, ik wist dat het tussen ons bleef ten alle tijde. Andersom werd het ook zo.
Natuurlijk, ik heb mama nu nog, maar dat stukje is al weg. Daar heb ik al afscheid van moeten nemen. Dat doet pijn. Het is ook niet gek dat dat pijn doet. Belangrijker nog, dat mag pijn doen. Deed het dat niet dan had ik mijn emoties niet onder controle, dan kon ik er niets mee.
Het inscannen van de foto’s is ook wel heftiger geweest realiseer ik me nu. Zo zag ik het leven van mijn beide ouders voorbij trekken aan me. Hoe ze zijn geweest, in de kracht van hun levens, zo mooi, stralend en eenmaal bij elkaar zo liefdevol.
In de tijd dat mijn vader op zijn sterfbed lag heb ik de foto van mijn oma gepakt en gezegd, “Haal papa maar op. Zorg wel voor en mooie overgang, zo een dat hij niet hoeft te lijden.” Tegenwoordig denk ik wel eens, “Papa, haal mama maar op. Zoals zij nu is wilde ze zelf nooit en haal haar uit lijden.” Dan schrik ik van mezelf en dan denk ik weer dat ik egoïstisch ben.
Dat ben ik niet. Ik heb dit onlangs met een vertrouwenspersoon in de huisartsenpraktijk besproken. Daar had ik zelf naar gevraagd, want ik wil niet iedereen lastigvallen met mijn verdriet hierin. Nee, zelfs Mike niet. De vertrouwenspersoon zei dat het niet egoïstisch was, maar eerder realistisch. Hij zei dat je als kind ook het beste voor je ouders wilt en je ze zeer zeker niet wilt zien lijden. Hij vroeg hoe ik me er verder onder voelde. Er kwam maar 1 woord in me op, EENZAAM. Natuurlijk is dat mijn eigen ‘schuld’, ik wil niemand ‘lastigvallen’ met mijn verdriet. Dus daarom doe ik het op facebook en in mijn blogs. Dan is het algemener en wie het niet wil lezen slaat het over.
Hij vroeg waarom ik het via een facebook deel. Mijn antwoord was, “Weet u, ik gun niemand een dierbare met Alzheimer of een familie-vorm ervan. Ik deel het om te laten zien wat het is en wat er kan gebeuren. Natuurlijk ook om zelf troost te krijgen en nog belangrijker er kracht uit te putten. Want ik haal kracht uit de berichten dat ik het goed doe en men respect voor me heeft. Vreemd misschien, maar dat heb ik dan nodig. En dat men met me meeleeft, dan voel ik me niet zo eenzaam. Er zijn meer mensen die dit meemaken of kennen via anderen en ik vind het fijner om op mijn eigen tijdlijn te delen, dan via de dementie-groep. Dat voelt verder van me af, alhoewel ik de meesten op mijn facebook ook niet in het echt ken.”
Ik vroeg of ik er wellicht te heftig op reageerde. Zijn antwoord was dat ik inderdaad mijn leven niet op on-hold moest zetten, maar wel door moest gaan. Dat is waar, en daar gaan we het de volgende keer over hebben. Verder ben ik een mens en ik voel. “Laat het gebeuren, neem het per keer, maar verwerk het ook per keer. De ene keer is het heftiger dan de andere keer. Tot nu toe valt het mee, maar er komen echt zware dingen aan, bereid je er maar op voor”, zei hij en, “Alzheimer is inleveren, incasseren en steeds meer afscheid nemen.” Ja, en dat is het. Niets meer en niets minder.
Dit bericht heeft 0 reacties