Thuis- en flexwerken wordt een wettelijk recht.
Er komt een wettelijk recht op thuiswerken en flexibel werken. De Eerste Kamer heeft daar dinsdag 14 april j.l. met een ruime meerderheid mee ingestemd. De Tweede Kamer deed dat vorig jaar oktober al. Het wettelijk recht wordt geregeld in een initiatiefwetsvoorstel van CDA en GroenLinks. De eerste versie was al in 2010 ingediend. De laatste versie werd vorige week verdedigd in de Eerste Kamer door GroenLinks-Kamerlid Linda Voortman (zij was ook een van de twee indieners) en CDA-Kamerlid Pieter Heerma. In de Eerste Kamer stemden VVD en PVV tegen. Behalve de indieners CDA en GroenLinks waren ook de PvdA, SP, D66, SGP, OSF, PvdD en 50Plus voor.
De wet moet het mogelijk maken dat werknemers werk- en zorgtaken beter kunnen combineren. Het recht op thuiswerken is volgens het CDA van belang vanwege bezuinigingen in de zorg en sociale zekerheid die op gezinnen afkomen. Werknemers zullen het recht krijgen flexibele werktijden te kiezen of thuis te werken, indien de functie dit uiteraard toelaat. De werkgever moet zo’n verzoek dan serieus overwegen, maar mag er om zwaarwegende redenen wel van afwijken.
Sinds 2012 werkt ongeveer een op de drie werknemers wel eens thuis, zo blijkt uit cijfers van het CBS. Wanneer de nieuwe wet wordt ingevoerd is nu nog onduidelijk. Maar het vooruitzicht voor de werkende mantelzorgers onder ons, is erg fijn!
Zeker een goede ontwikkeling, en geheel van deze tijd. Veel mensen zijn in hun beroep in mindere mate gebonden aan een plaats en kunnen op deze manier ook nog is de stijgende kosten van bijvoorbeeld kinderopvang drukken.