Solo zorg

Solo zorg

Ma zit alleen aan de eettafel, verdiept in de knoopjes van haar blouse. Eén voor één maakt ze ze los en ze is daar heel geconcentreerd mee bezig. Op mijn binnenkomst reageert ze niet, ook niet op mijn begroeting. Ze is overduidelijk in een heel andere wereld. Ik schrik ervan, ze lijkt zo ver weg nu. Pas als ik heel dichtbij kom en haar aanraak, reageert ze, enigszins afwezig. In de huiskamer zit een bewoner in zijn rolstoel voor de tv en mijn moeders ‘vriendin’ Ria zit te slapen in een stoel. Nergens een verzorgster te vinden. Ik maak me daar boos over. Niemand die mijn moeder een beetje in de gaten houdt, of kalmeert als ze nerveus is. Ik heb een nieuw vest en truitje voor ma meegebracht, dus die ga ik haar meteen aandoen om te kijken of ze passen, ze is nu toch al half ontkleed. Het valt me op, hoe mager ma geworden is. Het vest is dan ook wat royaal aan de maat, dus ik noteer in mijn hoofd dat ze voortaan aan een maatje M voldoende heeft.
Pas na een kwartier komt er dan eindelijk een verzorgster in de kamer, ze is alleen en heeft net een aantal bewoners naar bed gebracht. Het merendeel van de bewoners gaat na de lunch naar bed. Ongemakkelijk vraag ik me af of dat echt de wens van die bewoners is of omdat het wel zo prettig en makkelijker is voor de verzorgers. Tijdens een eerder familieberaad met de mantelzorgers van de bewoners was al geopperd om eens een brief te sturen naar de directie en het bestuur om te klagen over de onderbezetting, die ten koste gaat van de aandacht, zorg en het welbevinden van onze ouder of partner. Dat is even in de wacht gezet, omdat er nog overlegd zou worden over mogelijkheden om een paar uur per week een huishoudelijke hulp in te huren, zodat de verzorgers meer aandacht kunnen besteden aan de bewoners. Maar nu ik toch zie dat hele dagdelen maar één verzorger aanwezig is, die de zorg heeft voor acht dementerenden, dan denk ik er toch over om alsnog die brief te sturen. Ik vind dat onverantwoord. Mijn moeder is gelukkig niet agressief en redelijk rustig op dit moment, maar het idee dat ze daar minstens een kwartier lang in haar uppie aan de eettafel zit, baart me zorgen. In je eentje zes mensen naar bed brengen, waarvan een aantal in een rolstoel zit, is ook niet te doen, vind ik.
Okee, dat heb ik me dus voorgenomen. Nu weer de aandacht naar ma. Ze is blij met haar vest, lekker warm. Langzaamaan wordt ze weer een beetje ‘normaal’, ze weet mijn naam weer en gaat met me mee naar de huiskamer en gaat op de bank zitten. We drinken een lekker kopje koffie met een handje pepernoten. En daarna nog een stukje taart dat nog restte van het afscheid van de kokkin. Goed hoor, ma, eet maar lekker op, kom je misschien weer wat aan.
Mama’s vriendin wordt een beetje wakker, maar sinds ze een paar weken geleden een tia heeft gehad, is die niet meer haar vrolijke zelf. Ze is stil, niet meer zo aanhankelijk naar ma toe en ze slaapt veel. De veranderingen gaan harder nu, ook bij ma. Een pijnlijke reality check. Toch zit ma lekker te keuvelen, onverstaanbaar zoals altijd. Na een uurtje loopt de huiskamer vol met bezoekers voor de andere bewoners. Vooral bij meneer de Jong is het gezellig, maar ma ergert zich daar blijkbaar over. Ze begint te mopperen en geeft op haar manier commentaar op “die vent met dat blauwe bloesje”, het is bijna hoorbaar. Dat deed ze vroeger ook regelmatig, vooral toen ze na haar hartoperatie in het ziekenhuis lag. Ze gaf hardop commentaar op medepatiënten. En wij maar besmuikt ‘sssst, ma, dat is niet aardig’ zeggen.
Gelukkig is er om 17 uur afleiding, het eten staat op tafel. Pannenkoeken, daar heeft ze wel trek in. Samen met de andere familieleden is dat een prima moment om het pand weer te verlaten. Dag ma!

Annette de Bus is nabestaandenbegeleider, fondsenwerver en tekstenmaker.

Dit bericht heeft 0 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back To Top