
Julie: opgroeien met een psychisch zieke moeder #mijnverhaal
Mijn moeder kreeg voor het eerst psychische problemen toen ik een kleuter was. Ik kan nog steeds niet begrijpen waarom ze toen begonnen is met drinken. Iedereen dacht dat ze gelukkig was. Ze had een fijne man en twee dochtertjes, allebei gewenst en gepland. Mijn ouders hadden een leuk gezin en elkaar. Als ik terugdenk aan mijn eerste herinneringen, zie ik boswandelingen en vakanties op de camping en samen spelletjes doen. Ik weet heel vaag nog hoe het voelde om geborgen te zijn. Om me geliefd te voelen.
Maar die herinneringen zijn vaag. Toen ik ouder werd begonnen mijn ouders ruzie te maken. Ik denk terug aan hun urenlange schreeuwpartijen. Aan de dreigende sfeer, de klappen. En ik weet ook nog hoe rommelig en vies het thuis was. Mijn moeder kreeg het niet meer voor elkaar om het huishouden te doen. Ik herinner me aan de geheimzinnigheid rond mijn moeder. Ze heeft nooit goed kunnen liegen, tot de dag van vandaag kan ze dat niet.
In de schuur
Op een gegeven moment is mijn moeder dus begonnen met drinken. Ze deed dat in de schuur. De alcohol heeft ons gezin kapot gemaakt. Later heeft mijn vader eens tegen me gezegd: ‘Toen ik eenmaal wist dat je moeder dronk, en toen we dat samen als probleem begonnen te zien, heb ik desondanks nooit geloofd dat we het niet zouden redden.’ En toch hield hij het daarna niet langer dan twee jaar vol met haar. Na twee jaar drank heeft hij de scheiding aangevraagd. Hij is vertrokken en hij nam mijn zusje en mij mee. Zij had het drankprobleem en hij kreeg de voogdij.
Steeds weer hoop
Vanaf dat moment is mijn jeugd compleet verbrokkeld. Mijn moeder had goede en slechte periodes, maar de slechte periodes werden steeds langer en heftiger. Ze had een afschuwelijke tijd, zat helemaal aan de grond. Ze heeft in die periode meerdere zelfmoordpogingen gedaan. En later ging het weer beter. Ze is toen wij een jaar of 12, 13 waren ook een hele periode nuchter geweest. En juist door het heen en weer ging ik alleen maar meer van haar houden. Ik kreeg steeds weer hoop, ging steeds weer in haar geloven. Je wilt en kunt je eigen moeder niet veroordelen. Ze is een goed mens. Ze hield meer van ons dan van wat dan ook op de wereld. En mijn zus en ik wisten dat wij haar enige reden waren om te blijven vechten.
Verdriet niet te harden
Dus loog ik over haar. Op school en ook op de turnvereniging en al helemaal tegenover mijn vader. Ik loog over de toestand waar mijn moeder in leefde. Mijn zus ook. We dekten haar. Juist daarom ben ik al als tiener in een soort wederzijdse afhankelijkheid geraakt. Ik loog over haar, omdat ik de leugens mooier vond dan de realiteit. Ik wilde niets liever dan een “normaal leven”. Iedere keer dat ik bij een schoolvriendinnetje over de vloer kwam raakte ik volledig van slag. Een middag in een normaal huis, bij een normaal gezin. Als ik dat zag en dan vergeleek met mijn eigen leven, was het verdriet niet te harden. Ik had er alles voor over gehad om in andere omstandigheden op te groeien.
En nu ben ik volwassen. Ik neem mijn eigen beslissingen, ik draag de verantwoording over mijn eigen leven. Maar ik ben nog steeds het kind van een vrouw met grote psychische problemen – mijn eigen moeder. Een moeder waar ik zielsveel van houd, ook al heb ik haar vaak gehaat.
Wil jij net als Julie je verhaal vertellen aan andere mantelzorgers? Dat kan, met naam en toenaam of helemaal anoniem. Jouw ervaringen als mantelzorger zijn uniek. Door je ervaringen te delen kun je duizenden anderen steunen – en de reacties zijn hartverwarmend. We staan voor je klaar met de mailbox: info@mantelzorgelijk.nl
Dit bericht heeft 0 reacties