
Ik heb zoiets stoms gedaan!
Eén van de dingen die ik in de afgelopen 21 jaar mantelzorgen geleerd heb, is om zelf mijn eigen beste vriendin te zijn. Want jeetje wat kon ik toch ongenadig hard zijn tegen mezelf. Heel soms betrap ik mezelf erop dat ik het weer doe, maar dat is nooit lang. Ik ben er inmiddels goed genoeg in getraind om de valkuil te herkennen en om er met een grote boog omheen te lopen.
Vorige week stond mijn vriendin Ina voor mijn deur. Ik opende de deur en zag het gelijk. Ze was behoorlijk over de rooie. Ze liep langs me heen naar binnen, ik deed de voordeur dicht en liep achter haar aan de woonkamer in.
“Oh, Pauline, ik heb zoiets stoms gedaan!” Jammerde ze. Wat volgde was een beschrijving van wat er gebeurd was, plus een genadeloze veroordeling aan haar eigen adres. “Hoe kan ik dat nou gedaan hebben? Ik ben ook zo dom! Het is allemaal mijn schuld, ik kan ook niks. Dit is al tachtig keer gebeurd. Trap ik er weer in. Ik leer het ook nooit.”
En ik deed wat een goede vriendin doet: ik schonk zwijgend koffie in, pakte de doos met tissues, sloeg mijn armen om haar heen en pakte een reep chocola uit de kast.
Ik liet haar praten en praten en praten en daarna vatte ik samen wat er gebeurd was, vertelde dat het helemaal niet raar was, wat er gebeurd was. Dat mij dat ook zou overkomen. Dat ze het goed bedoelde, dat het wel goed zou komen, dat het gewoon even moest bezinken en dat het niet het eind van de wereld was.
Langzaam kalmeerde ze en uiteindelijk ging ze redelijk opgeknapt de deur weer uit.
Hoe komt dat toch, dat we voor anderen zoveel begrip hebben, ze prima kunnen troosten, lieve dingen kunnen zeggen en ze kunnen kalmeren en bemoedigen?
Eerlijk? Ik heb het moeten leren. En dat betekent oefenen. Iedere keer als ik mezelf betrapte op deze hardheid naar mezelf toe, dan stopte ik abrupt met praten. Gewoon midden in een zin. Dat haalde ik diep adem en begon gewoon opnieuw. En dan liever. Met compassie voor mijn eigen moeite en goed bedoelde (mislukte) pogingen. Want dat is altijd zo: hoe stom iets ook loopt, hoe boos ik ook op mezelf ben daarna, in beginsel bedoel ik het altijd goed.
En dát is wat ik mezelf als eerste vertel in zo’n situatie. Dat ik het goed bedoel. Dat het niet expres zo liep als dat het gelopen is. En dat helpt.
Oefenen, oefenen, oefenen. En uiteindelijk gebeurt het steeds minder dat je jezelf helemaal afbrandt
En ik moet zeggen: dat voelt een stuk beter.
En jij? Herken je dit?
www.zeikwijfinmantelzorgland.nl
Dit bericht heeft 0 reacties