Een ijsje van de kok #psp

Ze maakte altijd teveel eten klaar. Voor een heel leger, zoals dat heet. “Kom, neem nog wat.”
Hij ging zo graag uit eten. Elke gelegenheid greep hij met beide handen.
Ieder op hun eigen manier hielden ze van eten, mijn moeder en mijn vader.

Enkele maanden geleden spraken we met de dokter en de verpleging over sondevoeding. Want wat als het slikken te moeilijk werd voor mijn moeder? Een ondenkbare gedachte. Maar we kunnen dit symptoom van haar ziekte (PSP) niet langer verdringen. Intussen verslikt ze zich stevig in het leven.
Voor de zomer lukte het nog met kleine hapjes. Sinds de zomer moeten de hapjes doordrenkt zijn. In de ochtend en soms ook ‘s avonds is er pudding. Met een of ander smaakje. En soep, gelukkig is er soep.
Gemixt eten doet haar kokhalzen. Zij die hield van lekker eten en van gewone kost. We proberen het toch nog – erg voorzichtig – met puree en saus. Extra energiepoeder compenseert wat ze niet meer binnenkrijgt.
Als tussendoortje: yoghurt, chocomousse, rijstpap, plattekaas.
Zou ik het kunnen missen? Het gevoel van krakende chips in mijn mond. Een fris slaatje. Spaghettisaus met krokante groentjes. Eens goed doordrinken van mijn glas. Dat geeft toch smaak aan het leven.
Het ingedikte water lepelen we hapje na hapje in. Haar glas kriek lukt op die manier gelukkig ook nog. Bij het uitschenken zorgt het indikpoeder voor chemische reacties, dat wel. Maar intussen zijn de mensen van de bar dat al gewoon.
Eten duurt eindeloos. Een opgave voor de zorgenden die hun aandacht in kleine stukjes moeten verdelen. In het weekend proberen we bij te springen aan tafel. Ook dat is en blijft mantelzorgen.

Op woensdagmiddag ga ik met de kinderen en mijn ouders naar het restaurant. In het verzorgingstehuis. Zo fijn dat dat voorlopig nog kan: ongegeneerd samen eten, omringd door de warme zorg van wie er opdient. We zijn niet de enige morsende mensen. Ik vloek wel als er kippendij op het menu staat. Omdat ik weet dat ik dan mag ontbenen voor mijn dochters en mijn vader vooraleer ik mama eten kan geven. En vooraleer ik dus ook zelf aan mijn bord kan beginnen. Maar zolang het kan, doen we het. Omdat ze zo van eten hielden. Omdat ze zo van eten houden. En ook omdat het op woensdag frietjes zijn. Dat vinden ze wel lekker, mijn dochters. En speciaal voor hen – vaak de enige kinderen in het restaurant – een ijsje van de kok.

Marlies is mama van twee heerlijke dochters, dochter van zieke ouders en vrouw van een man die haar geduldig verdraagt en vér draagt. Ze zoekt naar woorden die zin geven aan haar leven.

Dit bericht heeft 0 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back To Top