Hij is boos op mij

Hij is boos op mij..

Ik had mijn bezorgdheid uitgesproken richting de zorg over hoe hij soms gekleed wordt: te warm of te koud; een bezorgdheid die gedeeld werd door de betrokken verpleegkundige, die dat nog eens goed gaat bespreken met de collega’s.

Zelf heeft hij nu niets meer in te brengen, moppert hij, en er staat nu ook nog eens een airconditioner te blazen op zijn kamer, zegt hij, en die halen ze niet weg.

“Je wordt bedankt”, zegt hij boos.

Dat ik voor zijn eigen bestwil praat met de zorgmedewerkers, schijnt hij niet te beseffen, net zo min als dat hij zelf niet goed aanvoelt wanneer hij het te warm of te koud heeft, met alle gevolgen van dien.

Vroeger zou ik mijn handelwijze gaan verdedigen, maar dat is meestal zinloos, en zeker op het moment dat hij boos is, dus ik laat hem maar mopperen en denk er ondertussen het mijne van.

Helaas moet ik ook constateren dat de rolstoel niet gerepareerd is, dus daar moet ik weer voor gaan bellen.

Ik baal ervan, vooral omdat mij echt verzekerd was dat het in orde zou komen.

Dus niet…

Het reparatieverzoek blijkt niet doorgegeven te zijn aan de monteur.

De monteur belt mij daarop zelf terug, en ik begrijp dat hij alleen rolstoelen repareert die verstrekt zijn via de WMO.

Ik zeg dat ik bij de melding duidelijk had gezegd dat het een eigen rolstoel betrof.

De monteur komt wekelijks in de zorginstelling, is er goed bekend, en oppert dat de Technische Dienst ernaar kan kijken.

“Nou, die willen dat dus niet doen, of mogen dat niet doen, omdat deze rolstoel niet verstrekt is door de zorginstelling”, zeg ik tegen hem.

“Meestal doen ze daar toch niet zo moeilijk over”, zegt de monteur.

“Mijn eigen ervaring daarmee is helaas anders”, zeg ik .

“Weet je wat”, zegt hij, “ik bel zelf wel even met de Technische Dienst”.

Nou, dat is aardig van hem!

Hij belt mij daarna terug met het bericht dat de Technische Dienst er inderdaad werk van gaat maken.

Ik geloof mijn oren niet, maar het is heus waar!

Ik denk dat hij een goed woordje voor mij/ons heeft gedaan.

Mijn echtgenoot belt de volgende dag op om te zeggen dat de Technische Dienst er een nieuw wiel op heeft gezet.

Dat is nog eens een leuke verrassing, zeg! En zo snel ook.

Dan kan mijn echtgenoot vrijdag toch naar huis komen, want anders had dat weer de mist ingegaan.

Soms zit het tegen, soms zit het mee.

Mijn echtgenoot is nog steeds niet in zijn goede doen, hij is suffig..heeft ook last van zijn spijsvertering.

De zorg vermoedt dat de warmte hem nog steeds parten speelt….of het is toch verdere achteruitgang…

Aan dat laatste moet ik niet denken, al weet ik dat dat moment eens zal komen.

Als ik hem iets vraag, dan geeft hij of heel laat antwoord, of helemaal niet..

Dinsdag heeft hij weer erge last van zijn buik, echt van die krampen.

Hij verbijt ze in stilte, maar ik haal er een zorgmedewerker bij, want dit wordt te gek.

Er is wel wat tegen of aan te doen, maar volgens mijn echtgenoot is de zorg daar terughoudend in omdat ze niet willen dat hij luie darmen krijgt, maar deze zorgmedewerker is het met mij eens dat “dit”, die steeds terugkerende pijnklachten, al heel lang ook, waardoor hij soms amper meer kan zitten, ook ondoenlijk is, en zij gaat dit rapporteren.

Afwachten maar weer…

Mayke de Vries is na een carrière in de zorgsector nu vooral mantelzorger voor haar partner, die helaas na een grote hersenbloeding in oktober 2019 in een zorginstelling kwam te wonen. Zij schrijft op Mantelzorgelijk over de veranderingen in hun leven.

Dit bericht heeft 0 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back To Top