
Gemeenten sturen mensen met verstandelijke beperking door naar Wlz
Gemeenten willen mensen met een verstandelijke beperking pas begeleiding geven als zij een afwijzing van het CIZ hebben gehad. Niet uit kwade opzet, maar vanwege onwennigheid. Dat verklaart volgens de VGN deels de toename van het aantal gehandicapten in de Wet langdurige zorg.
Het aantal gehandicapten in de Wlz neemt toe, zo bleek onlangs uit de tussenrapportage Wlz. Het aantal cliënten in de gehandicaptenzorg is met 5,3 procent gestegen. Waren er op 1 januari 2015 nog 110.700 cliënten, op 1 april 2016 waren dat er 116.600. Er is vooral een toename van het aantal mensen met een verstandelijke beperking. De Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) heeft desgevraagd een verklaring.
Wmo schiet tekort
De VGN ziet de stijging bij mensen die al een AWBZ-indicatie hadden en bij de nieuwe instroom van cliënten. Onder het oude AWBZ-regime was een groep verstandelijk gehandicapten die er met veel moeite in slaagde om thuis te blijven wonen. Met inzet van veel mantelzorg en intensieve begeleiding aan huis lukte dat. Bij de invoering van de Wlz kwam deze groep van circa 13.000 gehandicapten op het bordje van gemeenten. Maar een groot deel van deze groep meldt zich nu alsnog bij de Wlz. VGN-directeur Frank Bluiminck: ‘Wij horen van zorgaanbieders dat deze gehandicapten in de Wmo niet de zorg krijgen die ze nodig hebben. Ook komt het voor dat ouders van gehandicapte kinderen geen vertrouwen hebben dat ze de zorg goed geregeld krijgen bij gemeenten. Die kiezen zelf bewust voor de Wlz. Verder zijn er gemeenten die direct doorverwijzen naar het CIZ.’
Druk op Wlz
Ook bij nieuwe cliënten verwijzen veel gemeenten gehandicapten eerst door naar het CIZ, hoort Bluiminck van leden. ‘Het gaat om cliënten met een intensieve zorgvraag. Veel gemeenten denken dat deze gehandicapten niet bij hen thuishoren. Ze willen pas in actie komen als de gehandicapten een afwijzing van het CIZ ontvangen. De opwaartse druk op de Wlz komt deels doordat gemeenten niet gewend zijn dat gehandicapten tot hun verantwoordelijkheid behoren. Het doorverwijzen is naar onze indruk geen kwade opzet, maar eerder onwennigheid. Maar zo is het bij de decentralisatie van zorg natuurlijk niet bedoeld. Als gemeenten deze taak beter oppakken, verwachten we dat de druk op de Wlz zal afnemen. Het is een tijdelijk probleem.’
Alsnog naar Wmo
Als gehandicapten worden toegelaten tot de Wlz krijgen ze vaak een hoge indicatie omdat de geleverde mantelzorg in de Wlz geen rol speelt. Bij de indicatiestelling wordt alleen naar de zorgvraag van de gehandicapte gekeken. Volgens de VGN wordt één op de vijf gehandicapten afgewezen door het CIZ. Zij melden zich alsnog bij gemeenten. Tussen gemeenten zijn er grote verschillen in de wijze waarop de hulp wordt georganiseerd.
Ik mag hopen dat deze plooien worden gladgestreken in de beleiding van gehandicapten. Het kan toch niet zo zijn dat de overheid i.e. de gemeente wantrouwen wekt bij de ouders van gehandicapte kinderen? Goede zorg is een investering en geen bezuinigingspost en het heen en weer schuiven van verantwoordelijkheden zet de o zo moedige mantelzorgers onder druk.