Gemeente is soms feller op thuiszorg dan Rijk wil
Door onduidelijkheid van de nieuwe wetgeving over huishoudelijke hulp gaan veel gemeenten verder in hun bezuinigingen op deze thuiszorg dan staatssecretaris Van Rijn (Volksgezondheid) lijkt te hebben bedoeld.
Niet alleen verliezen veel hulpbehoevenden hun hulp zonder dat de gemeente hun situatie gedegen heeft onderzocht, ook sluiten sommige gemeenten, zoals Oosterhout, ouderen met een inkomen boven het minimum of met spaargeld uit van vergoeding voor deze hulp. Dat is volgens de eigen gemeentelijke bezwarencommissie in strijd met de wet. Die stelt dat hulp beschikbaar moet zijn voor iedereen die dat nodig heeft, ongeacht inkomen of vermogen.
Van Rijn vindt de randvoorwaarden van de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO), sinds 1 januari van kracht, wel degelijk ‘helder en duidelijk’: gemeenten mogen hulp bij het huishouden niet zomaar schrappen zonder zorgvuldig onderzoek te doen naar de situatie van cliënten, zo schreef hij de Tweede Kamer.
Van Rijn schreef deze brief na een bericht in het tijdschrift Binnenlands Bestuur vorige maand over de zeker drieduizend bezwaarschriften die inmiddels bij gemeenten zijn ingediend over kortingen op huishoudelijke hulp. De staatssecretaris is het met de belangenorganisaties van ouderen en gehandicapten eens dat niet alle gemeenten de hulpbehoevenden volgens de regels bejegenen.
‘De brief is explicieter dan de wet, die op dit punt wat slordig is opgeschreven’, zegt advocaat Matthijs Vermaat, die veel tegen gemeenten procedeert over huishoudelijke hulp. Er zijn zo veel zaken, dat de rechtbank Groningen er morgen een themazitting over houdt. Vermaat denkt dat de brief van de staatssecretaris een rol gaat spelen in komende rechtszaken. Maar volgens wethouder Marian Janse (Gemeentebelangen) van Oosterhout is niet deze brief maar de wettekst leidend. ‘Die had helderheid moeten geven.’
De meeste klachten komen uit de ongeveer honderd gemeenten die met de invoering van de nieuwe WMO de vergoeding voor schoonmaakhulp (grotendeels) schrappen; met het argument dat het Rijk de gemeenten 40 procent minder budget geeft voor deze hulp. Volgens Wethouder Gerard Mostert (CU) van Katwijk is dat conform de wet, anders had het Rijk niet zo kunnen bezuinigen.
Katwijk heeft vooraf alle hulpbehoevenden een brief geschreven dat er veranderingen aankwamen. Wie er behoefte aan had, kon een gesprek aanvragen. ‘Dat is ook onderzoek. De 51 bezwaarschriften zijn inmiddels afgehandeld.’
De rechter deed een eerste uitspraak in december: de gemeente Dantumadeel mocht niet zomaar stoppen met de vergoeding van de huishoudelijke hulp aan een bejaard echtpaar. Sindsdien spelen overal in het land rechtszaken rond de vraag in hoeverre gemeenten verplicht zijn schoonmaak te regelen en vergoeden voor inwoners die dat zelf niet kunnen.
Sinds die eerste uitspraak is volgens de staatssecretaris het aantal gemeenten afgenomen dat geen ‘keukentafelgesprekken’ voert. ‘Jammer dat de rechter nodig is; de wet had duidelijker moeten zijn’, zegt wethouder Johan Hamster (CU) van Stadskanaal. Met anderen verwacht hij dat het zeker nog een jaar duurt voor er duidelijkheid is.
Na de uitspraak over Dantumadeel besloot Stadskanaal alsnog keukentafelgesprekken te voeren. Dat heeft de gemeente 675 duizend euro gekost, zegt Hamster, ‘geld dat we liever aan zorg hadden besteed’.
Dit artikel van Charlotte Huisman verscheen op 15 juli 2015 op AD.nl
Dit bericht heeft 0 reacties