Even niet

‘Ik heb er wel eens aan gedacht om haar van de trap te duwen, zo klaar was ik ermee.’ ‘Ik heb hem in gedachten wel eens in de tuin gezet, midden in de winter, deur op slot.’ ‘Soms zou ik willen dat ze nooit geboren was.’ Zomaar even wat quotes van ouders over de gedachten die zij soms hebben over hun gehandicapte kind. Anoniem, uiteraard, want er is nog altijd een groot taboe op dit soort uitspraken. Niemand wil die ouder zijn die een hekel heeft aan zijn eigen kind, die zijn kind misschien wel eens wat aan zou kunnen doen. En dat bén je natuurlijk ook helemaal niet. Oók niet als je dit soort gedachten hebt.

frustratieHet recht om het even níet te accepteren, dat het zo is. Het recht om er echt even helemaal doorheen te zitten. Kapot. Doodmoe. Niet meer voor reden vatbaar. Dat recht heb je, ook als vader of moeder van een gehandicapt kind. Je blijft die liefdevolle, zorgende ouder. Het zijn maar gedachtes, gevoelens, op een bepaald moment in de tijd. Die niet maken wie je bent. Sterker nog: het helpt je om daarna weer met nieuwe moed in de wereld van je kind te stappen. Er te zijn, te zorgen, met dat eeuwige engelengeduld. Niemand hoeft gelijk Bureau Jeugdzorg te bellen, en ook voor jezelf weet je dat je al die dingen niet echt zal doen. Maar zullen we er voortaan, met elkaar, wel eerlijk over zijn? Dat het gewoon af en toe zo is?

Ik doe vast een voorzetje. Soms kijk ik naar Kate en denk ik ‘ben jij mijn kind?’ met die rare geluiden, zwaaiende armen, met dat gekwijl, almaar druppend over haar kin. In de maanden dat ze nauwelijks wilde slapen, nacht in nacht uit, heb ik staan schreeuwen. Niet tegen haar, nog net niet, maar wel tegen het plafond. Mijn vuisten zo hard gebald dat de nagels in mijn handpalmen stonden. En ik heb me serieus wel eens afgevraagd of mijn leven zo nog wel zin heeft. Nu ik altijd maar moet zorgen, nauwelijks nog op vakantie kan, ons huis altijd is gevuld, met harde geluiden, gegil en tig hulpverleners. En daarover huil ik. In het begin heel erg veel, maar nog steeds wel eens. Tranen met tuiten, een enorme snotneus, waarbij het gekwijl van Kate in het niet valt.

En daarna? Haal ik heel diep adem. Blaas ik nog eens heel lang uit. Verdwijnt de waas. En zie ik ineens Kates mooie glimlach weer. Besef ik hoeveel ik van haar hou. Recht ik mijn schouders en ga ik er weer voor.

photo Krista Okma Mantelzorgelijk gastblog TrekkingsstressKrista Okma werkt als adviseur Positief Opvoeden bij het Nederlands Jeugdinstituut. Thuis is ze moeder van drie kinderen van 8, 7 en 4 jaar. Haar dochtertje Kate (4) heeft het zeldzame Pitt Hopkins syndroom, en is lichamelijk en mentaal gehandicapt. 

Dit bericht heeft 0 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back To Top