
De Kat Van Mijn Moeder #alzheimer
In 2006 had ik Ponnie. Nee, niet zo’n paard, maar ze was een poes. Ponnie kreeg vier jongen en daarvan was er 1 voor mijn moeder, Tinusje. Ze was dol op Tinusje. Als ze eens een weekje bij mij kwam logeren dan miste ze Tinusje ook en belden we met de buurvrouw of alles goed ging met Tinusje. Tinusje was graag buiten, maar op het moment dat het met mijn moeder minder ging bleef hij vaker binnen. De band tussen hen was super. Mijn moeder verwende hem ook met allemaal lekkere dingen en in de buurt stond hij bekend als Dikke Tinus. Tinus woog namelijk wel 9 kilo, en dat voor een normale kat.
Op het moment dat de Alzheimer net was gediagnostiseerd, maar mijn moeder nog wel zelfstandig kon wonen, kreeg ze een zorgcoach. Die wilde haar naar een dagbesteding hebben, maar mijn moeder wilde dat absoluut niet, want Tinusje zo vaak alleen laten dat kon ze niet. Ja, een vreemd excuus, maar het gaf wel aan dat ze het echt niet wilde.
Eind november kreeg mijn moeder een spoed om opgenomen te worden. Wat moest dat moest, maar wat moest er dan met Tinusje? Mocht het niet kunnen dan had ik hem meegenomen en vanaf thuis een nieuwe baas voor hem gezocht. Zelf heb ik een kater, Tos, en die zou er geen broertje bij willen. Even kon wel, maar niet lang. We vertelden het ‘s middags in het verzorgingshuis waar we en rondleiding kregen. Volgens Gary, een begeleider, zou het best kunnen dat de kat mee mocht. Vlak daarop kwam de zorg-coördinator om te melden dat alles in orde was gemaakt en onze moeder dezelfde dag nog kon worden opgenomen. We vroegen even naar Tinusje en en hij bleek mee te mogen! De kattenbak, zijn eten/drinken en andere benodigdheden moesten wel bij mijn moeder op kamer blijven, maar hij zou overdag wel mee naar de huiskamer mogen. De verzorging was verder voor mijn moeder. De kattenbak verschonen deden mijn broer en schoonzus, dat deed mama niet meer. Wat was ik blij voor mijn moeder, zo erg dat de tranen in mijn ogen schoten.
Mijn moeder en Tinusje zijn diezelfde avond verhuisd. Haar kleine vriend vond het allemaal wel erg spannend en durfde niet richting de huiskamer. Dat zou wellicht een kwestie van wennen zijn, maar iedere keer als we kwamen en naar haar kamer gingen moest Tinusje van haar op haar kamer blijven. Ze was zo bang dat hij anders per ongeluk met iemand van de afdeling af zou schieten en weg zou lopen.
Eind december belde mijn broer, het ging echt niet goed met Tinusje. Hij had met haar gesproken en gezegd dat we wellicht een ander baasje voor hem moesten zoeken, want hij bleef maar angstig achter de stoel op haar kamer zitten. We spraken af dat ik een oproep zou plaatsen op facebook. Wonderwel vond ik een nieuwe baas voor Tinusje, en iemand van wie ik weet dat hij dol op katten is en waar Tinusje een baasje zou krijgen uit duizenden! Het punt was alleen dat diegene bij mij in de buurt woonde, en dat is bijna 200 km van mijn moeder en broer vandaan. Daarom spraken mijn broer en ik af dat hij hem zou brengen de volgende dag. Destijds met mijn verhuizing en Tos was ik echter naar de dierenarts geweest en die had Tos iets rustgevends gegeven voor de reis. De reis verliep uitstekend, Tos was zelfs los in de auto. ‘s Avonds was hij nog wankel en at hij niet, maar de volgende dag was mijn mannetje weer de oude. Daarom raadde ik mijn broer aan hetzelfde te doen voor Tinusje. Hij had echter niet een lichte verdoving gekregen, mijn broer had een spray mee gekregen en dat moest op de doek gespoten worden die in de kattenreismand zou gaan. Daar konden ze beter al op de avond mee beginnen.
De volgende dag kwam mijn broer met mijn neefje en dus met Tinusje. Tinusje zou eerst een paar dagen bij ons blijven, want zijn nieuwe baasje zou met oud en nieuw weg zijn. Op het moment dat ik het kooitje open maakte was Tinusje heel suf. Ik legde een schoon badlaken voor de kachel en legde hem daarop. Daarna pakte ik een spuit en vulde die met water om hem zo toch te laten drinken. Mijn broer vroeg of het normaal was, maar ik had dit bij Tos ook gehad. Ze dronken wat en daarna gingen mijn broer en neefje weer naar huis. Mijn neefje (hij is 5 jaar) nam nog even afscheid van Tinusje. Ik bleef bij Tinusje in de buurt daarna en gaf hem steeds beetjes water met het spuitje. Even later pakte ik een beetje eten voor ‘m. Het koste hem moeite, was wankel, maar schuifelde naar het bakje en at toch een klein beetje. Tos was niet blij met Tinusje, maar na een waarschuwing bleef hij uit de buurt. Voor de zekerheid belde ik toch even met een dierenarts. Ik vertelde de assistente het verhaal en vroeg wat ik moest doen. Ja, hij klonk inderdaad suf van de reis en wat ik deed was als prima. Ik moest het even aankijken en als ik het de volgende morgen niet zou vertrouwen toch even langskomen.
De katten sliepen niet bij ons. ‘s Nachts werd ik wakker en ik nam een kijkje. Tinusje lag lang uit over zijn kattenbak. Ik tilde hem voorzichtig op en ging op de bank zitten met hem. Het was drie uur ‘s nachts en ik voelde dat dit niet goed zat. Ik niet alleen, Tos ook. Terwijl ik Tinusje weer water gaf via de spuit, kwam Tos naast ons zitten en begon hij Tinusje kopjes te geven en te likken. Niet veel later keek ik even op facebook, en vriendin van me had op haar facebook staan dat ze niet kon slapen. Zij weet veel van dieren en dus opende ik de chat naar haar. Ze zocht mee en gaf tips. Opeens bedacht ik dat Tinusje misschien even frisse lucht nodig had, dus ik nam hem in mijn armen mee naar buiten. Eenmaal binnen gaf ik hem nog wat water. Ik had hem in mijn armen en streelde hem. Opeens kuchtte hij gek en werd het stil. Het werd heel stil. Ik bleef hem door aaien. Tos kwam weer en gaf Tinusje kopjes. Hij hield op en begon mij kopjes te geven. Opeens voelde en besefte ik dat Tinusje overleden was. Hij had zijn oogjes open en ze knipperden niet meer. WAT NU? Ik kon even niets meer, het was inmiddels tegen half vijf en ik maakte Mike wakker. Misschien had ik niet gelijk? Mike trooste me, ja Tinusje was inderdaad overleden.
Wat was ik blij geweest dat hij met mijn moeder mee had gemogen en nu dit. Gelukkig was hij nu bij mij en was dit niet bij haar gebeurd! Maar wat moet je zeggen? De volgende ochtend belde ik mijn broer en vertelde het hele verhaal. We besloten het mijn moeder niet te vertellen, want ze had al zo veel meegemaakt de afgelopen maand en dit wilden we haar niet aandoen. Ook mijn neefje hebben we het niet verteld, want ja kinderen zijn heel eerlijk!
Een maand later kwamen mijn broer, schoonzus, neefje en mijn moeder bij ons. Tos is een oud mannetje en als het hem te druk is trekt hij zich terug. Ik nam mijn moeder dus maar even mee naar hem toe. Ze hurkte naast hem neer, aaide hem en zei: “Hallo Mama’s mannetje, wat vind ik het fijn je weer te zien. Je hebt het goed he, bij je ‘grote zus’?’ Tos is cypers, Tinusje was grijs. Mama heeft dat niet gezien en Tos kopte haar lieflijk. Ze lachte, ‘Ja jij bent nog steeds mijn Tinusje hoor, mama’s grote schat!’ Ze stond op en we liepen weg. Zij naar de huiskamer, ik naar het toilet, om mijn tranen af te vegen.
Dit bericht heeft 0 reacties